|
Voeding
|
|
Volwassen dieren |
Het
voeren van hoenders is al sinds jaar en dag erg
gemakkelijk door de beschikbaarheid van
pelletvoer waarin alles zit wat de dieren nodig
hebben. En zo kunnen de meeste dierenwinkels
(winkels voor dierenbenodigdheden) uit voorraad
legmeel of legkorrel leveren of onderhoudsmeel
dan wel onderhoudskorrel of sierhoenderkorrel
dan wel sier- hoendermeel en vaak ook nog
krielkippenkorrel dat iets kleiner van formaat
is dan de gewone sierhoender- korrel. De keuze
voor korrel of meel is afhankelijk van vooral de
wijze van onderhoud die wordt gebezigd of die gewenst
wordt. Voor de opname van meel zullen de
hoenders meer moeite moeten doen en dat is niet
verkeerd, maar de kans op vermorsing van het
voer is natuurlijk wel groter. |
Zorg
er bovendien voor dat er altijd kippengrit
aanwezig is, waarmee aan de natuurlijke behoefte
van de kipjes aan steentjes (en extra kalk als
er ook gemalen schelpjes in zit) voor de
spijsvertering tegemoet gekomen wordt. Doe bij
voorkeur het grit in een zwaar stenen bakje dat
niet gemakkelijk door de kippen is weg te duwen. |
Gemengd
graan wordt door de kippen als bijvoer zeer
gewaardeerd. Echter uitsluitend granen voeren
zal op den duur leiden tot voedselgebreken,
omdat dan de dieren een tekort aan onder meer
eiwitten, vitamines en mineralen zullen krijgen. |
Daarom
is het 't beste de krielen ten minste elke dag
per kipje een handvol (leg)korrels of (leg)meel
te geven en daarnaast nog een handje graan. De
dieren krijgen dan voldoende voedsel binnen en
zullen niet te vet worden. Het dagelijks
rantsoen in één keer verstrekken is mogelijk,
maar twee keer per dag voeren is beter. |
Water
dient voortdurend aanwezig te zijn en dagelijks ververst
te worden. Het gebruik van een zogenaamde
drinktoren (middelformaat) is het handigst en
levert ook geen verdrinkingsgevaar voor de
kuikentjes op. |
|
Kuikens |
Pasgeboren
kuikens teren nog op de voedingsstoffen die zij
uit het ei hebben meegekregen, maar zeker na de
eerste dag begint de behoefte aan voedsel al op
gang te komen. Het pikgedrag is aangeboren en
vele kuikens zullen dit al vrij gauw na de
geboorte laten zien en zeker zodra er een mee
begint of de kloek hen daartoe
aanmoedigt.
|
Een
beproefde voermethode voor de succesvolle opfok
van krielkuikens is om te beginnen met kanarie
opfok- voer (eivoer) en dit geleidelijk te
vervangen door kuikenmeel en kuikenzaad. |
Kanarie
opfokvoer of eivoer is een mengsel van
beschuitmeel en eieren met toevoeging van extra vitamines
en mineralen. Het is kant en klaar in de meeste
dierenwinkels te verkrijgen. Wie het echter zelf
vers wil maken, kan het navolgend recept
uitvoeren. Men neme drie beschuiten ('t liefst
beschuiten met een hoger eiwit gehalte van 14
tot 18%), één kippenei (= ca. 65 gram) of twee
krielkipeieren (= 2 x ca. 32 gram) en drie
flinke theelepels mineralen- en vitamines
melange (bijvoorbeeld 'Mineral' poeder voor
postduiven, maar nog beter is het speciale
mengsel van 'AVES'). Het ei of de twee eitjes
worden gekookt; zeker acht tot tien minuten
laten doorkoken. Het ei of de eitjes laten
afkoelen. De beschuiten verkruimelen in een
blender. Het ei of de eitjes pellen (ook de
vliesjes verwijderen) en eveneens in enkele
stukken verbrokkeld in de blender doen. Dan het
mineralen- en vitaminepoeder toevoegen en dit
alles vermalen. Let er wel op dat de
houdbaarheid van dit eivoer in de koelkast
hooguit twee dagen is. |
Een
zeer beproefd 'superstartmengsel' voor Chabo kuikens -maar ook voor andere krielkipkuikens of
kwartelkuikens- is evenwel vijf eetlepels
eivoer, drie eetlepels universeelvoer ('t liefst
universeelvoer met gedroogde insektjes), drie
eetlepels kuikenmeel, één eetlepel
onkruidzaden, één eetlepel witte millet, één
eetlepel kanarie zangzaadmelange en één
eetlepel vogelgrit en dit alles goed geschud.
Dit is de melange voor de eerste week of de
eerste twee weken. Daarna wordt per week de
melange geleidelijk gewijzigd, waarbij de
hoeveelheid eivoer en universeelvoer wordt
verminderd en de hoeveelheid kuikenmeel
(startmeel) evenredig wordt vergroot. Ook de
toevoeging van de zaden wordt verminderd en
vervangen door kuikenzaad (fijngehakte maïs en
tarwe), zodat na een week of vier à vijf de
melange een samenstelling heeft van ca. vijf
eenheden kuikenmeel, drie eenheden kuikenzaad en
één eetlepel vogelgrit gemengd met kippengrit
indien de kuikens het vaste gritbakje in het hok
(nog) niet kunnen bereiken. Aan dit mengsel
wordt geleidelijk ook al kuikenkorrel toegevoegd
in hoeveel- heden afhankelijk van de opname
ervan door de kuikens. |
Voor
de watervoorziening voor de kuikens volstaat een
klein formaat drinktoren. Wanneer de kuikens het
water niet lijken te vinden, is het verstandig
een laag stenen bakje te plaatsen met daarin
(goed glinsterende) knikkers en een even hoog
laagje water. Het beste is de kuikens gekookt
water te geven om de kans op darm- storingen
(zichtbaar door de zogeheten 'strontkontjes') te
verminderen. |
|